Nog twee dagen aan de wandel (zonder Stoffel) - Reisverslag uit Neeroeteren, België van Pylger Andrys - WaarBenJij.nu Nog twee dagen aan de wandel (zonder Stoffel) - Reisverslag uit Neeroeteren, België van Pylger Andrys - WaarBenJij.nu

Nog twee dagen aan de wandel (zonder Stoffel)

Door: Andrys

Blijf op de hoogte en volg Pylger

21 Mei 2014 | België, Neeroeteren

In Helden had ik nog aangebeld bij de Deken, helaas was hij niet thuis; die stempel van mijn woonplaats vind ik wel belangrijk. In het paspoort hou ik één vakje open, waar ik later die stempel nog in kan laten zetten.
Het is nu woensdagmiddag, vier uur. Ik ben weer thuis. Ans heeft me vanmiddag in Neeroeteren in België opgehaald. Even bij het begin beginnen....
Dinsdagmorgen al vroeger da de wekker opgestaan, ik had niet zo goed geslapen, veel spierpijn en last van de blaren van maandag. Ik had die 's avonds na het douchen verzorgd en alles afgeplakt, zodat er een tweede huid op de aangetaste huid zit. Dit werkt altijd goed.
Om zeven uur wandelde ik het huis uit richting Roggel. Eerst over de Neerseweg hierachter, daar kwam ik al verschillende mensen op de fiets tegen, die op weg waren naar het werk. Ik realiseer me dat ik toch verwend ben, dat ik hier loop met mijn rugzakje. Door het werken in de nachtdienst kan ik zo tussendoor toch veel wandelingen maken, als ik overdag zou werken, zou dit allemaal veel moeilijker gaan. Dan heeft het werken in de nachtdienst tóch nog een voordeel...(Johan Cruyff: elk nadeel hep zun voordeel!) Ik realiseer me ook dat ik daardoor volgend jaar ook zo lang verlof kan aanvragen én dat dat nooit zou kunnen als ik dagdiensten zou draaien.
Zo mijmerend kom ik aan bij het afwateringskanaal, de grens tussen Gemeente Peel en Maas en de Gemeente Leudal. Ineens bedenk ik me dat Stoffel Staf weer niet mee is, al voor de tweede dag! Ik bedenk wat de reden hiervan zou kunnen zijn: loopt het soms lekkerder zonder Staf? Is een Staf onnodige ballast? Ik weet het niet, maar baal er wel van. Zal ik een nieuwe stok zoeken in het bos? Teruglopen? Nee, dat is te ver.
Ik steek de weg naar Neer over en loop via de Brookberg richting Roggel.
Ik sta er van te kijken dat bijna alle straten daar tussen Brookberg en Roggel Ophoven heten. Waar ik ook loop, overal heet het Ophoven....
Net voor Roggel, begin ik het warm te krijgen, niet omdat het zo heet is, maar omdat ik heel erg aandrang voel om te poepen. (dat is niet de eerste keer...) Gisteren veel uien gegeten, dat is niet erg, zolang je dan maar niet in de bebouwde kom loopt.. Ik begin 'm te knijpen. Gelukkig is er een café vlak voor in het Leudal in ga lopen. Eigenlijk zijn ze dicht, maar ik mag even naar het toilet én ik mag zelfs een koffie bestellen. Opgelucht loop ik verder.
Ik pak de route van het Hertogenpad naar Roermond,wat ik een tijdje geleden ook al heb gelopen. Een heel stuk gaat die route door het bos, langs bosranden, heel mooi. Onderweg spreekt me een fietsster aan die me een fijne tocht naar SdC wenst. Ze herkent de schelp en roept me nog wat na.
Nadat ik de Napoleonbaan ben overgestoken loop ik Horn binnen, ik besluit niet het Hertogenpad te volgen maar richting kerktoren te lopen. Op het plein voor de kerk kom ik weer dezelde fietsster tegen die tegen me riep in het bos. Ze vertelt over een familieleden, die ook naar SdC liepen, maar waarvan de vrouw geblesseerd raakte en moest stoppen. Ze wensen me nog een goeder reis en fietsen verder.
Naast de kerk zie ik dat er een Parochiecentrum is, er staan daar wat fietsen. De deur staat open en er zijn drie dames als vrijwilliger aan het werk; ik moet mijn verhaal doen krijg een kop koffie. Eén van de dames ziet dat er "Tromp" op mijn paspoort staat en vraagt of ik uit "Nie Wiërt" kom, want daar wonen er meer aldus de dame...maar eens navragen bij schoonmama.....Nee, ik ben een Friese Limburger of eh Limburgse Fries. ik moet nu ook nog uitleggen dat ik mijn eigen alternatieve Pelgrimsroute loop vanaf Helden vandaag. Ze vinden het alle drie mooi en wensen me een goede tocht verder. Via de brug over de Maas loop ik Roermond binnen, de bisschopsstad. Christoffel staat trots te glimmen op het puntje van de toren; jammer dat Stoffel er niet bij is, die staat daar maar in het hoekje bij de boekenkast, saai! Ik loop via de Roer naar de binnenstad en zie dat de Kerk gesloten is, ook het kantoortje van de Jacobus-broederschap is gesloten. Ik moet wachten tot twee uur.
Ik besluit de stad in te gaan, bekijk daar de Munsterkerk nog en ga dan boterhammen eten op een bankje op het plein voor de Munsterkerk. Er komen twee Duitsers vragen of ze ook op het bankje mogen zitten en we raken aan de praat, allebei zijn ze enthousiast over mijn Pelgrimsreis. Het blijkt dat één getrouwd is met een Roermondse én als die er later bijkomt, dan moet ik nog eens mijn verhaal doen. Ik vind het niet erg, merk dat ik steeds vaker op de vertelstoel ga zitten....eigenlijk niets voor mij, ik ben normaal niet zo'n prater.
Later ga ik nog naar voorstad Sint Jacob; als ik de kerk daar in ga, zie ik dat er dames jazz-ballet op zoiets aan het doen zijn. Van een stempel hebben ze nog nooit gehoord. Wel vraagt een mevrouw of ik al steentjes bij de Jacobuskapel heb gelegd, Ik zeg dat ik geen steentjes bij me heb én zij geeft me het advies dan maar steentjes te gaan zoeken. Dit doe ik dan maar, en vind drie mooie kiezels: voor élk kind één!
Het valt me op dat in de voorstad, dat is als je de Roerbrug overgaat, allemaal aanwijzingen zijn die verwijzen naar Sint Jacob. Een café heet Saint Jacques, er staat een groot Pelgrimsteken ergens op de muur. Mooi. Nooit geweten, dat Roermond zo'n Jacob-stad is.
Om twee uur ga ik naar de Christoffelkerk, die ondertussen geopend is. Daar krijg ik mijn stempel en ga daarna en kerk en de Jacobuskapel bezoeken. In de kapel staat in een is en botje van Jacobus' arm. Er blijkt een hele kast te staan met allerlei relikwieën.
De dames die er werken vullen nog mijn flesjes. Eén maakt nog een grapje over dat het vast heilig water is... Ik loop weer verder, het is bijna half drie. Weer de brug over, ik kan niet de route doen over Ool, want de veer vaart niet. Ik ga langs het kanaal via Beegden naar Heel. Een saaie rechte weg. Het is echt heet, omdat er geen bomen zijn. Ik ben dan ook blij dat ik bij een afgraving kom achter Heel, met struiken er om heen. Ik rust daar ergens en bedenk dat het al best laat is. Ik ga in Wessum wel wat zoeken.
Als ik verder loop kom ik erachter dat ik vlak achter de groep waar ik gewerkt heb op Sint Anna, Woning-C, loop. De groep waar ik nog vaak aan terugdenk: de cliënten daar hebben grote indruk op mij gemaakt.
Ik loop door en denk aan de leuke tijd die ik er heb gehad, en aan de discussies die we hadden met collega's over de juiste benadering van cliénten met autisme. Ik vond dat vaak de groepsleiding erg autistisch omging met de regels en had daar vaak last van.
In Wessum kocht ik frisdrank en wat Snickers bij een tankstation, de mijnheer die er werkte zei, dat er in Wessum niets meer was, alleen het tankstation én de drankenhandel er tegenover. Ik vroeg nog waar de camping was, maar toen ik zag dat het nog maar drie kilometer was naar Thorn, besloot ik om toch maar door te lopen. Onderweg belde ik de camping daar; de man aan de telefoon zei dat de camping gesloten was, maar omdat ik pelgrim was, mocht ik er camperen. Hiep hoi!
Met die wetenschap leek het net of de rugzak lichter was geworden en voelde ik de pijnlijke tenen ook minder. In Thorn was het zoals gewoonlijk druk met toeristen. Helaas waren de kerk en de VVV gesloten. En pas weer open op woensdag na tien uur....Ik liep door naar het Kapelletje voor Sint Jacob. Er lag en briefje met daarop het adres waar ik de stempel kon halen! Toen ik daar aanbelde deed niemand open. Er kwam een mevrouw aangelopen met haar hondje en ze riep me, de mijnheer van het huis was kort geleden overleden, maar ik kon wel vragen op Holstraat nr. 7, daar wisten ze er meer van. Omdat het leek of de mevrouw uit Thorn kwam vroeg ik haar of ze misschien Ann Lalieu kon. Ann was mijn collega op de groep, waar ik net over schreef. "Ja", zei de mevrouw, "Ann woont op Holstraat nr 7". Nou, toeval bestaat echt niet!
Ik heb mijn tentje opgezet bij de dichte camping en lekkere spaghetti karbonare gegeten. 's Avonds ben ik nog langs Ann geweest, die was er niet, maar kwam wel kwart over acht terug. Dus eerst nog koffie met vlaai besteld op een terrasje. Daar raakte ik nog aan de praat met twee Amsterdamse vrouwen, die op de fiets onderweg waren naar Maastricht. Om half negen weer naar de Holstraat gegaan, gezellig buiten gezeten met Ann en Mat. Mat blijkt uit Koningslust te komen, waar ik nu werk. Ze vertelden veel verhalen over hun reizen o.a. naar Assisi en kortgeleden naar Israël.
Om half tien ben ik richting camping gegaan, De oude eigenaar, een Duitser had geregeld dat ik me er nog kon douchen. Na de douche nog even gekletst in het restaurant. Om half twaalf lag ik in de tent.

Alweer niet veel geslapen, om één uur begon het hard te waaien, en flitste het een paar keer. Gelukkig bleef het droog en stopte het later. Om half vijf werd ik wakker door de vogels, die enorm aan het knetteren waren. Om zes uur ben ik maar opgestaan, tentje afgebroken. Nog een boterham van gisteren opgeten én de rugzak ingepakt. Nog de lader met telefoon bij de douche opgeladen.
Om half zeven was ik alweer aan de wandel. Ik was bijna in Kessenich en wilde een foto met mijn mobiel maken van de opgaande zon. Nergens de mobiel te vinden. Ineens bedacht ik, dat die nog op de doucheruimte op een plank lag. Weer teruggelopen, van België terug naar Nederland! Gelukkig lag het ding er nog...
Om een uur of acht was ik in Geistingen, het was heerlijk om te lopen, niet te warm en zo nu en dan vielen er een paar drupjes regen. Te weinig om een regenjas aan te trekken. Nog een chocoladereep en wat limonade gegeten op een bankje bij een Kapelletje. Die zijn er genoeg in Nederlands- en Belgisch Limburg! En vaak met een bankje erbij, dat is helemaal mooi.
In Aldeneik stond ook een bankje, dat herinnerde ik me van de Kennedymarsen die ik er gelopen heb. In april zat ik daar nog met Ton. We hadden er bijna 60 km opzitten, dus dat voelde heel anders dan nu.
Ik merk dat ik een rustig-aan-dag heb, ik loop rustig aan, bijna sloffend. Dat mag ook wel na twee dagen flinke afstanden lopen. Vandaag minder kilometers én vooral genieten dat ik in dat heerlijke land België ben!
Ik koop bij de bakker wat broodjes en kaas en smeer op dat bankje mijn broodjes, heerlijk.
Om een uur of elf kom ik aan in Maaseik, waar er markt is, hartstikke druk. Op een terras drink ik koffie en vraag of ze mijn accu willen laden; dat kan! Even later zie ik de twee Amsterdamse vrouwen, die ik gisteravond ook al zag in Thorn op het terras. Eén had ook gelopen naar SdC én maakte grapjes tegen me dat ik er heus niet heilig van werd én sloeg daarna een kruis. Op de markt in Maaseik sloeg ze weer lachend een kruis... Ze waren nog steeds onderweg naar Maastricht en sliepen bij adresjes van Vrienden van de Fiets.
Ik ging op zoek naar een slaapplek en een stempel, in het boekje stond dat er een refuge was: daar aangekomen bleek dat er niet meer geslapen mocht worden van de brandweer. Gelukkig kreeg ik wel mijn stempel.
Dan maar doorlopen. Ik liep en heel stuk langs de Maas langs een opgehoogde dijk. Zo kwam ik in Heppeneert, wat een bedevaartsplaats was van O.L-Vrouw-van-Rust. Een mooi kerkje, en een heel mooie statieparkje. Er was ook een man, later bleek hij gids-in-opleiding te zijn die het hele verhaal van een ridder vertelde, die zijn ziel aan de duivel wilde verkopen, maar gered werd door Gertrudis.
Door de weilanden, heel vlak liep ik door naar Neeroeteren, ik bedacht hoé ik weer terug zou moeten met trein óf bus. Ans sms-te me op dat moment, waar ik was. Ik antwoordde: ben je thuis? We spraken af dat ze me op zou halen. Vlak voor Neeroeteren liep ik over de Grotweg, die heette zo omdat de Grot van Lourdes er na was gebouwd. Ik ontmoette er nog een speciale man, die er aan het werk was: Albert! Ik maakte foto's en beloofde Albert ze op te sturen.
Ans kwam aan de Grotweg al aanrijden, de rugzak heb ik achterin gelegd, ik was weer Roomser als de Paus, want ik wilde de laatste loodjes wel lopend afleggen tot de kerk. Ans reed alvast naar het centrum én ik liep zonder rugzak de laatste kilometers van deze week: heerlijk lichtvoetig, het was net of ik zweefde, zo zonder rugzak. Helemaal toen ik Ans daar bij de kerk zag staan.


  • 21 Mei 2014 - 20:17

    Henk:

    Ans kun je niet missen, dat is duidelijk.
    En die stok…, misschien dan toch wel.
    Een interessant dagboek, Andries. Heel mooi. Ik reis telkens mee.
    Henk

  • 23 Mei 2014 - 10:34

    Judith:

    jammer dat je hier niet kunt "liken". Die knop mis ik toch geregeld, want ik zou elke keer "vind ik leuk" drukken.

  • 30 Mei 2014 - 22:50

    Caminofrans:

    Ik vindt het mooi om u te volgen ...
    gegroet,
    Buon camino
    Caminofrans

  • 31 Mei 2014 - 12:42

    Andrys:

    Dankjewel Caminofrans. Jammergenoeg lukt het me niet om met mijn mobiel nieuwe verslagen en foto's te plaatsen. Ik ben nu in het prachtige België in de buurt van Bilzen en ik geniet.

  • 01 Juni 2014 - 19:33

    Sietze:

    Och Andries,
    Die omke fan dy is ek nog mar in hampelman at it om Facebook giet. dyn forskillende foto 's ha ik commentaar op joun, mar ik tink dat 'st do dizze net lêze kinst.
    Ik ha no pas yn 'e gaten hoe at soks werkt. Alle foto's en dyn reisverslagen fine wy prachtig en wy folgje dy op 'e foet.
    In hiel goede reis fjirders en wy hope dat 't do ús sa mooi op 'e hichte haldst fan dyn reis mei net in soad blirren oan 'e fuotten!!

    femylje fan 'e Lemmer.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: België, Neeroeteren

Pylger

Ik ben Andries Tromp, geboren in 1956 in Nijemirdum in Fryslân. Ik heb ook in Leeuwarden gewoond. Op mijn 18e ben ik vertrokken uit Fryslân, ben toen in de zorg voor verstandelijk gehandicapten gaan werken in Ermelo. Na Ermelo tijdje in Zwolle gewoond, waar opleiding MBO-IW deed aan de Sprankel. Daar leerde ik Mariet kennen, met haar verhuisde ik in 1986 naar Limburg. We kregen een zoon in 1989, Frank. Het huwelijk liep stuk, ik leerde Ans kennen waar ik in 1995 mee trouwde; in 1995 kregen we Jan en in 1996 Iza. Vanaf 1998 woon met in Helden met Ans en dochter Iza. Zoons Frank en Jan wonen allebei niet meer thuis, Frank woont in Veldhoven, Jan in Utrecht. Ik ben toen Frank en Jan nog klein waren (in 2003) het Pieterpad gaan lopen. Ik vertrok op 22 april, de geboortedatum van ús heit. Op 2 mei liep ik nog, dat was de geboortedatum van ús mem. Ik wilde met het lopen van deze tocht hen gedenken, mem was het jaar daarvoor overleden, ús heit in 1994. Niet zomaar lopen, maar met een reden, heit en mem gedenken. Onderweg heb ik veel kaarsjes opstoken in kerken en kapelletjes. iet dat ik katholiek ben, ik heb protestante (gereformeerde) "roots": het was mijn manier om mijn ouders gedenken. Soms moet je daar de eenzaamheid voor zoeken. Want ondanks de vele ontmoetingen, was ik 's nachts, maar ook overdag heel veel alleen. Als familie en vrienden me na de tocht vroegen of ik God ook tegen was gekomen, zei ik: nee, vooral mezelf en dat was heel erg waar. Bij alleen lopen kom je vooral jezelf tegen! Het laatste stuk in Limburg samen met Frank en Jan. Na Maastricht ben ik nog een paar jaar bezig geweest met de GR-5, die vanaf daar door de Ardennen richting Luxemburg en de Vogezen gaat. Jan liep ook nog 2x stuk mee, de laatste keer kwamen we vlak in de buurt van de stad Luxemburg. Ik zag daar al bordjes staan van de weg naar Santiago vanaf Duitsland. Het begon bij mij te kriebelen. Zal ik nog doorlopen naar Schirmeck in Lotharingen óf zal ik vanaf daar oversteken naar de route van de Camino? Thuisgekomen veel op internet zitten zoeken, er veel over gelezen. In 2012 liep ik de Kennedymars en ontmoette ik daar Ton, die een Jacobsschelp op zijn rugzak had. De schelp was de aanleiding van ons gesprek én we liepen samen de 80 km uit. Ton vertelde dat hij nog een week moest werken voor zijn pensioen en dat hij over paar weekjes naar Santiago hing lopen vanaf Reims. Ik beloofde hem zijn website te gaan volgen. Dit heb ik de hele reis van Ton gedaan. Prachtige verhalen, het maakte indruk op me. In oktober kwam Ton in Santiago aan. Ik besloot om de tocht ook te gaan lopen, maar niet vanaf Luxemburg. Ik was ooit aan Pieterpad en de GR/5 begonnen, maar niet met het doel om naar Santiago te gaan. Omdat het ook een Innerlijke Reis is, besloot ik om te gaan lopen vanaf Fryslan waar ik geboren ben. Waar heit en mem, pake en beppe vandaan komen. Ik las dat er een Jabikspaad is, die begint in Sint Jacobiparochie (Sint Jabik) en gaat naar Hasselt in Overijssel. Vanaf daar is het Pelgrimspad naar Maastricht te lopen. Ik wacht niet tot mijn pensioen, maar ga mijn gespaarde PBL-uren er voor gebruiken. Op mijn 60ste wil ik vertrekken uit Maastricht. De twee jaar ervoor wil ik dan de route vanaf Sint Jabik gelopen hebben. Nou, ik ben lid geworden van het Genootschap van Sint Jacob en kreeg paar weken geleden het Pelgrimspaspoort toegestuurd. Nu alleen nog oefenen, ook met rugzak, de Jakobsschelp aanschaffen en dan kan ik vertrekken. De planning is om in de week van 20 maart te vertrekken uit Sint Jabik. Ik ben blij de knoop doorgehakt te hebben, blij dat ik die ruimte neem en dat ik die ruimte krijg van Ans, om deze (zoek)tocht te maken, waar ik al zo lang van droom.

Actief sinds 21 Feb. 2014
Verslag gelezen: 1246
Totaal aantal bezoekers 47627

Voorgaande reizen:

20 Maart 2014 - 30 November -0001

Pelgrim naar Santiago de Compostela

Landen bezocht: